Hoe onderhoud ik de vacht van mijn Labradoodle?
Veel Labradoodle-eigenaren vragen ons: “Hoe houd ik de vacht van mijn Labradoodle mooi en gezond?” Een terechte vraag, want de vacht van deze prachtige honden is bijzonder – zacht, krullend en vaak hypoallergeen, maar ook gevoelig voor klitten en viltvorming. Met de juiste verzorging blijft je Labradoodle’s vacht niet alleen mooi, maar ook comfortabel en gezond.
In deze blog leggen we stap voor stap uit hoe je de vacht van je Labradoodle goed kunt onderhouden, hoe vaak je moet borstelen en wassen, welke producten het beste werken, en hoe je klitten voorkomt.
Waarom de vacht van een Labradoodle speciale verzorging nodig heeft
De Labradoodle heeft een unieke vachtstructuur die bestaat uit wol, fleece of een combinatie daarvan. Deze krul- of golvende vacht houdt weinig haar vast, wat ideaal is voor mensen met allergieën, maar dat betekent ook dat vuil en vocht zich sneller kunnen ophopen. Zonder regelmatige verzorging ontstaan er klitten – en die kunnen zich ontwikkelen tot harde, vervilte plekken.
Een goed verzorgde vacht:
- Voorkomt jeuk en huidirritatie
- Laat je hond beter ademen via de huid
- Zorgt voor een luchtige, glanzende uitstraling
- Verkleint de kans op vervilting en klitten
💡 Pro Tip: Begin al met vachtverzorging als je Labradoodle nog jong is. Zo raakt hij gewend aan borstelen, wassen en drogen.
De basis van een gezonde Labradoodle-vacht
Een goede Labradoodle vachtverzorging bestaat uit drie vaste onderdelen:
- Borstelen – om klitten en vuil te verwijderen
- Wassen – om de vacht soepel en schoon te houden
- Drogen – om klitten te voorkomen en de vacht luchtig te houden
1. Borstelen: de belangrijkste stap
Borstelen is de hoeksteen van vachtverzorging. Door regelmatig te borstelen, verwijder je losse haren en vuil, voorkom je klitten en houd je de vacht luchtig. Gebruik een slickerborstel of een grove metalen kam voor het beste resultaat.
Zo borstel je je Labradoodle:
- Begin met kleine secties, bijvoorbeeld bij de poten.
- Borstel altijd met de haarrichting mee.
- Til de vacht in lagen op om tot aan de huid te komen.
- Gebruik een kam om te controleren of er geen klitten achterblijven.
De meeste Labradoodles moeten minstens één tot twee keer per week grondig geborsteld worden. Heb je een dikkere, wollige vacht? Dan is drie keer per week beter.
2. Wassen: houd de vacht soepel en schoon
Je hoeft je Labradoodle niet te vaak te wassen – te veel wassen verwijdert de natuurlijke oliën uit de vacht. Eens per 4 tot 6 weken is voldoende. Gebruik altijd een milde, pH-neutrale hondenshampoo die geschikt is voor gevoelige huidtypes.
Zo was je je Labradoodle:
- Maak de vacht volledig nat met lauw water.
- Breng de shampoo aan en masseer deze zachtjes in tot op de huid.
- Spoel grondig, zodat er geen resten achterblijven.
- Gebruik eventueel een hondvriendelijke conditioner voor extra glans.
Na het wassen is het essentieel om de vacht goed te drogen — want een halfnatte vacht klit sneller.
3. Drogen: de laatste stap voor een luchtige vacht
Laat je Labradoodle nooit aan de lucht opdrogen. Door de dichte structuur van de vacht droogt de ondervacht dan te langzaam, waardoor klitten ontstaan. Gebruik liever een waterblazer voor Labradoodles om de vacht snel en gelijkmatig te drogen.
Een waterblazer blaast het vocht uit de ondervacht en maakt borstelen daarna veel makkelijker. Begin met een lage stand en verhoog de blaaskracht geleidelijk terwijl je met de haarrichting mee werkt.
Trimmen en bijknippen
Hoewel de Labradoodle niet verhaart, blijft het belangrijk om regelmatig te trimmen. Zo blijft de vacht luchtig en comfortabel. Meestal is 3 tot 4 keer per jaar een trimbeurt voldoende.
Een professionele trimmer kan:
- De vachtlengte egaliseren
- Klitten verwijderen zonder schade aan de huid
- Oren, poten en ogen netjes bijwerken
Tussen trimbeurten door kun je zelf kleine plukken voorzichtig bijknippen met een stompe schaar, vooral rond de ogen en pootjes.
Veelvoorkomende vachtproblemen bij Labradoodles
Zelfs met goede verzorging kunnen bepaalde problemen voorkomen. Dit zijn de meest voorkomende:
- Klitten: vooral bij oksels, liezen en achter de oren.
- Viltvorming: dikke, harde plekken dicht op de huid. Dit vraagt vaak om professionele hulp.
- Droge huid: kan komen door te veel wassen of een verkeerde shampoo.
- Oorontstekingen: overtollig haar in de gehoorgang houdt vocht vast.
💡 Pro Tip: Controleer de oren en oksels wekelijks en houd ze schoon en droog. Gebruik indien nodig een antiklit-spray om borstelen makkelijker te maken.
Vachtverzorging per vachttype
Niet alle Labradoodles hebben dezelfde vacht. Het verzorgingsritme hangt af van het type:
- Wolvacht: dik, pluizig en snel klittend — borstelen 3x per week.
- Fleece-vacht: soepel en golvend — borstelen 1 à 2x per week.
- Krulvacht: vergelijkbaar met poedelhaar — regelmatige trimbeurten noodzakelijk.
Veelgestelde vragen over Labradoodle vachtverzorging
1. Hoe vaak moet ik mijn Labradoodle borstelen?
Minimaal één keer per week, maar bij een dikke vacht liever twee tot drie keer.
2. Welke borstel is het beste voor mijn Labradoodle?
Een slickerborstel of grove metalen kam werkt het beste. Vermijd plastic borstels, die trekken te veel aan de haren.
3. Hoe vaak moet ik mijn Labradoodle wassen?
Eens per 4 tot 6 weken, tenzij je hond erg vies is geworden.
4. Kan ik mijn Labradoodle zelf trimmen?
Ja, kleine correcties tussen trimbeurten door zijn prima. Voor grote trimbeurten raden we een professionele trimmer aan.
5. Helpt een waterblazer echt tegen klitten?
Zeker. Door regelmatig te drogen met een waterblazer blaas je losse haren en vuil uit de vacht, wat klitten voorkomt.
Conclusie: een goed onderhouden Labradoodle is een gelukkige Labradoodle
De vacht van je Labradoodle vraagt wat aandacht, maar met de juiste routine blijft hij soepel, luchtig en klitvrij. Door regelmatig te borstelen, mild te wassen en goed te drogen, voorkom je de meeste vachtproblemen. Gebruik daarbij de juiste borstels en hulpmiddelen, en je hond zal er altijd op zijn best uitzien.
Wil je meer weten over vachtverzorging, wassen of drogen? Lees dan ook: